Op de voorgevel van de protestantse Jacob-Tsjerke is een mozaïek van Jan Frearks van der Bij te vinden, getiteld: ‘Jakobs droom’. In Genesis 28:12 wordt verteld over Jakobs droom:

”Jakob verliet dus Berseba en ging op weg naar Charan. Op zijn tocht kwam hij bij een plaats waar hij bleef overnachten omdat de zon al was ondergegaan. Hij pakte een van de stenen die daar lagen, legde die onder zijn hoofd en ging op die plaats liggen slapen. Toen kreeg hij een droom. Hij zag een ladder die op de aarde stond en helemaal tot de hemel reikte, en daarlangs zag hij Gods engelen omhooggaan en afdalen. Ook zag hij de HEER bij zich staan, die zei: ‘Ik ben de HEER, de God van je voorvader Abraham en de God van Isaak. Het land waarop je nu ligt te slapen zal Ik aan jou en je nakomelingen geven. Je zult zo veel nakomelingen krijgen als er stof op de aarde is; je gebied zal zich uitbreiden naar het westen en het oosten, naar het noorden en het zuiden. In jou en je nakomelingen zullen alle volken op aarde gezegend worden. Ikzelf sta je terzijde, Ik zal je overal beschermen, waar je ook heen gaat, en Ik zal je naar dit land terugbrengen; Ik zal je niet alleen laten tot Ik gedaan heb wat Ik je heb beloofd.’
Toen werd Jakob wakker. ‘Dit is zeker,’ zei hij, ‘op deze plaats is de HEER aanwezig. Dat besefte ik niet.’ Eerbied vervulde hem. ‘Wat een ontzagwekkende plaats is dit,’ zei hij, ‘dit is niets anders dan het huis van God, dit moet de poort van de hemel zijn!’ De volgende morgen vroeg zette Jakob de steen die hij als hoofdsteun had gebruikt rechtop, en wijdde hem door er olie over uit te gieten. Hij gaf die plaats de naam Betel, maar voordien heette die stad Luz. En hij legde een gelofte af: ‘Als God mij terzijde staat en mij op deze reis beschermt, als Hij mij brood te eten geeft en kleren aan mijn lichaam, en als ik veilig terugkom bij mijn verwanten, dan zal de HEER mijn God zijn. De steen die ik gewijd heb, zal dan een huis van God worden – en ik beloof dat ik U dan een tiende deel zal afstaan van alles wat U mij geeft.’”

Het mozaïek stelt een ladder voor met twee engelen en aan de voet daarvan de slapende Jakob, die op deze plaats de weg naar God terugvond. Bethel, dat Huis van God betekent, was de inspiratie voor een nieuwe naam voor de kerk, aangezien ook zij hopen een Huis van God te mogen zijn. Vanwege dit mozaïek heeft de kerk dus de naam Jacob-Tsjerke gekregen.

Stagiaires van ROC Friese Poort hebben in opdracht van Museum Dr8888 Metsje en Ulke, dochter en zoon van Jan Frearks van der Bij, geïnterviewd. In dat interview vertellen ze over het werkproces van hun vader. Ze beantwoorden de vragen: ”Waarom is er gekozen voor deze locaties waar de mozaïeken hangen? Werden ze in opdracht gemaakt of koos jullie vader voor de locaties?”

Klik hieronder op ‘play’ om het geluidsfragment af te spelen.

 

Meer ontdekken over Jan Frearks van der Bij? Bezoek de tentoonstelling Kracht & Kleur in Museum Dr8888. Klik hier voor meer informatie.